"Ah, ik leunde over je heen. Je vindt dat niet prettig. Sorry. Dat zal ik niet meer doen. Persoonlijke ruimte is niet mijn sterkste punt."
Hij neemt plaats op een van de versleten banken onder het raam. Zijn diepgroene ogen glijden naar het glas in mijn hand. "Ben je van plan dat als wapen te gebruiken?"
"Nee... ik..." Misschien was het toch geen slecht idee.
"Het is geen gif. Ik ben niet dom. Ik
















