Ik bleef roerloos. Zijn gedrag verbaasde me, maar ik wist dat het krokodillentranen waren.
Uiteindelijk stond hij op en zei: "Wacht hier, ik maak wel iets te eten voor je." Hij wilde zijn gezicht niet laten zien.
Ik gaf niets om zijn gedachten. Zelfs als hij af en toe zulke emoties toonde, zou mijn beeld van hem niet veranderen. Ik kon me niet verlagen tot het niveau van een bruut.
Ik wist dat sne
















